Ooit werd ik gestalkt. Een aparte ervaring. Alsof iemand
mijn whereabouts trouw invulde en netjes klasseerde. Op datum of per noodkreet,
daar ben ik nog niet uit. Steeds ging het via de postbus. Dan weer analoog, dan
weer digitaal. Maar de boodschapper miste elke regelmaat, er viel geen rechte
voor mee te trekken. Boerenbedrog voorwaar. Volgens mij was zij (of is het een
hij?) het noorden kwijt, losgerukt van de zwaartekracht. Een ongeleid
projectiel in de taal, woorden als bidprentjes, smeekbedes aan een hogere
macht.
.
Spannend was het wel. Maar ook vervelend. Vooral dat. Steeds
die bedelbrieven zonder afzender, een pen gedrenkt in radeloosheid zonder
gezicht. En ook de meest waanzinnige geschenken. Ook dat. Zoals aalmoezen van
tule, zijde en parelmoer satijn. Beugelloze stijl, zonder inhoud weliswaar.
Cadeaus als welgemikte valentijnskogels.
.
Ik ging vrouwen er anders door bekijken. Gecodeerd, de ziel
verscholen achter de firewall. Spiedend van achter het gordijn, wie er naar me
kijkt. Hopelijk zal ze ooit van me genezen. Ze is mijn fantoompijn. Het is er
niet, maar overal tegelijkertijd. Maar goed, met kanker leer je ten slotte ook
leven.
.
Henri A.