Denk aan.
Hoe de dagen met pulp aan elkaar hingen
De sponningen van het bed
Voortdurend langs de plankenvloer kraakten
De voortdurende honger
De ijssterren tegen het venster
Onze hoofden gedoofd in de vlammen van de haard
Sta op
Nu
En wacht niet tot later.
Tot dat de kieren geen kieren meer zijn
Alles is dichtgesmeerd
En alle tocht uit de spleten is verdwenen
Tot het verder gaan zijn eigen weg volgt
En de hoek de hoek omduikt
Kom terug.
Waar ook jij wil zijn.
Waar woorden zijn opgehangen
Als gordijnen van velours
Rood en bestoft
Afgelijnd met grote en kleine gebaren
Stom en doof.
De stilte lekt hier
Uit de ramen
#HenriA