() Zomernachten

Die eindeloze zomernachten, zo licht en open, waarin we tussen verschillende zomerbars en cafés rondslenterden, alleen, samen of met anderen, waarin de roes niets bedreigends had, niets destructiefs, maar een golf was die ons steeds hoger voerde, begonnen langzamerhand en onmerkbaar donkerder te worden, het was alsof de hemel aan de aarde werd bevestigd, het lichte en het vluchtige kreeg steeds minder speelruimte, het werd door iets gevuld en vastgehouden tot de nacht eindelijk stilstond, een muur van duisternis die ’s avonds weer neergelaten en ’s ochtends weer werd opgehaald, en plotseling was het onmogelijk je die lichte, fladderende zomernachten nog voor te stellen, als een droom die je je met alle moeite probeert te herinneren wanneer je wakker wordt, maar het lukt niet meer.

#HenriA

() De strijdstaten